De eerste bewolkte dag vandaag: het is 6 uur en we hebben vandaag een rustdag in Payiu (3500). En dat terwijl wij net vandaag een HP-notebook wilden opladen met ons kleine camping-zonnecelletje. De batterijen van de notebooks beginnen namelijk helemaal leeg te raken. In Skardu haddden we het geluk dat we het electranet nog konden gebruiken, maar dat is nu natuurlijk niet meer van toepassing. In het basiskamp zullen we de zonnecellen van ECN gaan gebruiken, met accu en omvormer. We willen deze kwaliteitsapparatuur echter niet nu al installeren omdat het hier een grote stofbende is. Daarnaast zit de apparatuur perfect opgeborgen in verschillende tonnen, zodat we een hele uitpakoperatie moeten uitvoeren om bij de spullen te komen. Dat is op dit moment ondoenlijk in deze omstandigheden.
Hopelijk verschijnt de zon vandaag nog. En als opladen niet lukt hebben we natuurlijk altijd de Thuraya-telefoon nog om een bericht mondeling door te bellen de komende dagen.
De foto's van 4 juni zijn wat vertraagd en niet geheel doorgekomen, wat lag aan het feit dat de computer de Regional BGAN niet meer 'zag'. Dit probleem is inmiddels verholpen: we hadden een of andere instelling per ongeluk veranderd toen we poogden het adressenbestand van de ene naar de andere HP-laptop over te zetten.
Toen we uiteindelijk gisteren de foto's aan het doorsturen waren, was de batterij dus op van de Rugged Notebook. Er volgen dus nog steeds een paar foto's van de jeeptocht.
In een zwaar afgesloten tent vanwege het stof wordt nu gewerkt op de compacte HP-NC4000 notebook.
Alles verloopt verder nog steeds uitstekend. We zullen de draad oppakken bij 5 juni.
5 juni: naar Johla (3200 m)
De eerste loopdag! Spannend en intrigerend is het om te zien hoe de bagage gewogen en verdeeld werd onder de dragers. Er zijn 80 dragers die met ons meetrekken. Het is echter nog steeds niet helemaal duidelijk of al het eten dat voor het basiskamp meegedragen wordt, ook voor ons bestemd is, of dat er ook eten bij zit dat voor andere expedities bestemd is van de organisatie Hunza Guides. Uiteindelijk hebben wij zelf 534 kg bagage ingebracht op basis van 25 kg per drager: totaal ca. 18 dragers. Volgens Amir zouden daar nog ca 22 dragers bijkomen voor de overige spullen: tenten voor het basiskamp voor kok + assistent-kok, kooktent, eettent, toilettent, eten voor trektocht en basiskamp, eten voor de dragers etc.
Maar uiteindelijk zouden dat er dus 80-18 =62 moeten zijn! We kunnen het eigenlijk niet geloven. Hierover moet dus nog helderheid komen. Geduld is echter op zijn plaats. Het werkt hier niet als in Nederland.
Het geeft altijd nog een dubbel gevoel om met dragers te werken: aan de ene kant voelt het koloniaal aan de andere kant is het ook dankbaar: je merkt aan alles dat de dragers blij zijn dat ze dit werk voor ons kunnen doen. Verscheidene dragers zeiden al na de eerste dag, bij aankomst in het kamp: "thank you, thank you". Terwijl wij het meer op zijn plaats vonden om hen te bedanken!
Deze mannen (anders dan in Nepal zijn er helemaal geen vrouwelijke dragers) verdienen met hun werk ca. 300 roepies per dag (3,5 euro), uitgaande van een bepaald traject per dag. Tot Payiu moeten zij zelf voor eten zorgen (dus dat is voor 2 dagen) en daarna is het de verantwoordelijkheid van Hunza Guides. De regering schrijft voor wat uitgedeeld moet worden: rijst, meel, linzen, specerijen en olie. Daarnaast moeten branders en kerosine beschikbaar gesteld worden zodat de mannen zelf kunnen koken.
Henk is inmiddels gebombardeerd tot 'doctor' bij onze dragersgroep, aangezien hij een aantal pleisters heeft geplakt en een pijnstiller heeft verstrekt.
De eerste loopdag ging naar Johla, op 3200 m. Het was een dag van 8 uur (incl. lange lunchpauze) waarbij het een beetje up en down ging, maar veel naam mocht dit niet hebben. We stegen uiteindelijk slechts 200 m. Het pad zou de hele dag goed zijn, maar deze vlieger ging niet op: een weggeslagen brug maakte het nodig om de gletsjermorene van de Biafo gletsjer op te gaan. Alleen op deze manier konden we de Braldu-rivier omzeilen: te voet er doorheen was namelijk onmogelijk, gezien de waterkolkingen.
Gezondheid
Een beetje vervelend was dat ik (Katja) mijn enkelbanden weer overrekte op een rotsblok dat omviel toen ik erop stapte. En dat ondanks de stevige bergschoenen. Vanaf nu tape ik dus altijd, heb ik mij voorgenomen. De brace past niet in mijn bergschoenen en mijn enkel is na de verzwikking in de Vercors 5 weken geleden dus toch nog niet sterk genoeg. De schade is echter goed te overzien, en ik verwacht niet dat dit verder grote problemen oplevert. Lastig en vervelend is deze blessure echter wel. Net als de eindeloze bloedneuzen waar ik de eerste weken op hoogte altijd mee te maken krijg.
Verder gaat het met onze gezondheid prima. Ook de minieme spierscheuring die ik 3 weken geleden opliep in mijn linkerkuit lijkt genezen. Henk heeft geen last van spieren, banden of bloedneuzen. Hij krijgt altijd te maken met extra vochtophoping in gezicht en ledematen op hoogte. Arts Ronald Hulsebosch heeft ons voor vertrek echter verteld dat dit echt onschuldig is. Uiteraard hebben we wat aanpassingsverschijnselen van de darmen aan het eten en de bacterien hier, maar dat is normaal.
Johla (3200 m)
"Bereid je maar voor op smerige kampen" was ons verteld. Iedereen blijkt echter verrast als we in Johla aankomen, waar afgelopen jaar keihard gewerkt is om de boel schoon te maken en te organiseren: er zijn zonnecellen geplaatst, er staan een paar lampen en verder staan er toiletgebouwtjes. Dit is de enige manier om de kampplaatsen schoon te houden, kijkende naar de 1500 trekkers die hier ieder jaar passeren. We zitten hier immers in het K2-gebied, met 8611 m de op een na hoogste berg ter wereld, en de grote trekpleister van Pakistan.
De kamp-operatie is juist afgelopen jaar uitgevoerd met het oog op het jubileum jaar van de K2: dit jaar is het 50 jaar geleden dat deze bergreus voor het eerst succesvol is beklommen (door Italianen). Dit jaar zullen er dus aanzienlijk meer trekkers te verwachten zijn: er zijn alleen al 700 Italianen die komen!
6 juni: naar Payiu (3500 m)
De tocht naar Payiu is vooral stoffig en warm. Maar in een zeer indrukwekkende omgeving: we volgen het brede dal van de rivier Biaho met aan weerszijden gigantische rotswanden. Verder prachtige uitzichten op sneeuwpieken.
Eenmaal in Payiu blijkt wederom dat de hoogte niet helemaal klopt zoals in het schema was aangegeven: zowel de Suunto-hoogtemeter als het bordje geven aan 3450 m ipv 3700 m in de papieren. Wij vinden dat eigenlijk jammer, want het was mooi geweest de acclimatisatiedag net iets hoger te hebben. En verder gaat het vanaf nu sneller omhoog. We passen het schema nl wat aan: we gaan na de rustdag vandaag nl niet naar kampplaats Khuburtze (4000 m), maar morgen direct door naar Urdukas (4200 m). Volgens onze gids Jumma is Khuburtze geen geschikte plaats. Het vroeg overigens erg veel onderhandeling om ook hier dan een acclimatisatiedag in te plannen. Hij dacht de tocht nu toch mooi te kunnen verkorten naar 7 dagen. Tsja, wij zijn toch echt laaglanders en hebben meer tijd nodig.
| |
|